Ik wist het eigenlijk al maar sport is mooi. Hoe mooi sport is besefte ik toen ik op 30 juli tijdens mijn vakantie op de flanken stond met mijn gezin van Le Markenstein. Een berg op de grens van de Vogezen en de Elsas. Zo’n 1300 meter hoogte, vandaag komt de dames Tour hier langs. Een bergetappe waar een slag geslagen zal worden in het algemeen klassement. Op de plek waar wij staan komen de rensters twee keer langs. Een aanloop van jewelste en dan nog een ronde van zo’n 50 zware kilometers over Le Grand Ballon om vervolgens op Le Markenstein te finishen.
We zijn er vroeg, de finishboog, het gele podium staan er al. Langzaam komen de eerste wielertoeristen aan waar wij vandaag ook toe behoren. Op de flanken van de col wachten we geduldig in het zonnetje. De Tour caravan komt langs en ‘koersklakskes’ met bollen en gele worden uitgedeeld. Ook wij tooien ons op de top van de berg in een gekregen wit shirt met rode bollen en zetten trots ons gele of bolletjes wielerpetje op. Circa een uur na de reclame caravan horen we de helikopters in de lucht en razen er al wat motoren voorbij.
De Nederlandse Annemiek van Vleuten komt als eerste boven op de top langs met een grote voorsprong op haar landgenote Demi Vollering. Van Vleuten nog fris Vollering al een beetje op het tandvlees. Flinke gaten tussen de wielrensters en het algemeen klassement wordt geheel op zijn kop gezet. Kippenvel, prachtig en achter in het veld zie je hoe de dames zitten af te zien op de fiets.
Ik kan me totaal niet vinden in Marcel van Roosmalen die op 13 juli aanschoof bij de avond etappe van de NOS. Het spectacle van de Tour, het afzien van de renners, het bedwingen van een col. Hij had er niets mee, vond er niet veel aan en zag er het nut niet van in. Hij was geen wielerliefhebber. Ik daar in tegen hou van de sport, ik hou van sport in het algemeen. Het winnen maar ook het verliezen.
Toen vandaag het gros van de rensters voorbij waren. De grote massa supporters zich verplaatste naar ‘arrive’. Kwam daar nog een renster voorbij op de top van Le Markenstein. Ver, ver achter van Vleuten. Achter haar de bezemwagen. In plaats van de lus van 50 kilometer over Le Grand Ballon te nemen reed een busje haar voor naar haar ploegenbus die wat verder op het grote parkeerterrein stond. Trainen in de ogen, ze zou niet binnen de tijd gefinished zijn van de winnares vandaag, dus was het beter hier te stoppen. Haar gezicht zag grauw, ze had enorm zitten afzien op haar fiets en alles gegeven om toch te proberen. Het was te vergeefs, hier stopt haar Tour de femmes, een dag voor de laatste etappe. Ik krijg tranen in de ogen, het beeld ontroert me enorm. Een half uur later wint van Vleuten de etappe en pakt het geel. Demi Vollering houd knap stand als tweede, ze schuift in het algemeen klassement ook door naar plaats twee en mag zich in de bolletjes trui hijsen!
Sport is mooi, sport is prachtig! Of je nu op een fiets zit, rondes op de atletiekbaan rent of achter een bal aan loopt. Mee mogen doen, mee strijden, op dit niveau verdiend respect en een pluim. En sport geeft zoveel aan ieder mens. Ik geniet van de personen die ons dit geven en ook mijn kinderen zie ik genieten. Voor hen zijn sporters helden en in hun fantasie zien ze zichzelf later ook een col op fietsen zoals Annemiek van Vleuten, rondjes rennen in een vol olympisch stadion zoals Suzan Krumins of rondjes strak schaatsen zoals Irene Schouten.
Sport is fantastisch!